Vrouwenemancipatie Interview & verhaal

Naam
Odette ANAKI
Leeftijd
36 jaar
Woonplaats
Abengourou

Ontdek het succesvolle chocoladeverhaal van Odette

Ik ben Odette ANAKI. Mijn grootmoeder was boerin en had een cacaoplantage, maar ik woonde in Abidjan, bij mijn oom die me opvoedde. Tot de eerste klas studeerde ik dus in Abidjan.
Toen mijn oom overleed, keerde ik terug naar het platteland: ik ging bij mijn grootmoeder wonen en begon in 1996 het land te bewerken. Het was dus mijn grootmoeder die me leerde hoe ik cacao moest planten, hoe ik bananen moest planten ... zo heb ik alles geleerd.
Voordat mijn grootmoeder overleed, had ik zelf al 2 hectare cacao en daarna plantte ik ook nog 1 hectare cashew, die beide de bron van mijn levensonderhoud zijn. Met het geld dat ik verdiende, begon ik plantaardige producten te produceren die ik naar Abidjan stuurde om mijn kinderen naar school te laten gaan: de oudste zit op de universiteit, hij behaalde twee jaar geleden zijn bachelordiploma. Mijn dochter is bij gebrek aan middelen niet naar school gegaan, zij is kapster. De jongste, Chris zit in de vierde klas.

Vrouwen verenigen

Ik zat in een vereniging, YUE BIE GNIAN genaamd, waar ik de communicatieverantwoordelijke was. Ik werd benaderd door Camille, die een vrouwenproject aan het opzetten was. Onze voorzitter betaalde een som geld voor onze opleiding in de cacaoverwerking, die zes maanden duurde. Eenmaal terug van de opleiding begon ik de vrouwen te volgen. De eersten die er waren, onze moeders, die ook de oudsten zijn, waren niet gemotiveerd. Toen nam ik de uitdaging aan. Ik zei hen dat als de coöperatie in ons had geloofd, wij er zeker toe in staat waren. De Ivoriaanse vrouw is sterk, ze wil autonoom zijn. Dus heb ik mijn zusters opgetrommeld en we zijn samen aan de slag gegaan.

Cacaoverwerking

Cacaoboter verwerken is erg moeilijk voor sommige vrouwen, omdat alles met de hand gebeurt. Maar dat is de prijs die we betalen voor emancipatie.
De coöperatie verhuurde ons een huis waarin we werken. Zij sturen ons de cacao. Wij verdelen het werk. Er zijn twee groepen vrouwen: de eerste groep sorteert, en de tweede groep pelt de goede bonen. En dat gebeurt allemaal met de hand! De kleine uitgesorteerde bonen worden geroosterd om er cacaoboter van te maken en de mooie bonen worden verwerkt tot chocolade! Om de olie (cacaoboter) te maken, nemen we een pot, maken we het deeg, en stampen we de cacao goed fijn. Daarna, als alles goed gekookt is, gebeurt een beetje hetzelfde als bij pindasaus, waarbij we de olie die komt bovendrijven extraheren. Vervolgens doen we die olie in kommetjes, waarna ze cacaoboter wordt. Alles wordt op traditionele wijze verwerkt door de vrouwen van Bazégnan, via de coöperatie! Vandaag kunnen we hiervan leven, omdat we na het werk wat winst overhouden die de voorzitter ons toekent om in onze behoeften te voorzien. Ik denk dat op lange termijn, als we ons goed ontwikkelen, iedereen tevreden zal zijn ...

Onze levens verbeteren

Omdat het nog maar een begin is, stoppen we het weinige dat we hebben elke maand in een kleine kas als persoonlijke bijdrage. Dat helpt ons dagelijkse leven of in het geval van problemen bij een van onze leden. Als een zuster vandaag bijvoorbeeld een probleem heeft, zeggen we dat ze 10.000 CFA-franken moet nemen, en bij terugkomst brengt ze dan 11.000 CFA-franken mee, zodat er een beetje extra is.
We verkopen de producten niet zelf, want het is de coöperatie die ons alles geeft. Na de verwerking leggen we gewoon een voorraad aan en de voorzitter zorgt voor de verkoop door wat hij ons als voorschot gaf in mindering te brengen.

Mijn dagelijkse leven als vrouw en echtgenote

De persoon met wie ik samenwoon is ook een boer. Maar hij is niet de vader van mijn kinderen, dus ben ik degene die ze opvoedt. Daarom ben ik erg georganiseerd in mijn uitgaven. Als je weinig inkomsten hebt, moet je georganiseerd zijn ... Als ik mijn inkomsten uit cacao en cashewnoten heb, ga ik op zaterdag naar de supermarkt, waar ik in de groothandel wat zeep koop, een kleine zak rijst, en wat olie en melkpakken. Zo heb ik in de ochtenden, voordat de kinderen naar school gaan, alles wat ik nodig heb voor de hele week. Ik geef wat geld aan de oudste van mijn kinderen omdat hij 's middags niet terugkomt, hij eet op school. Ik betaal rekeningen voor elektriciteit en water, als de kinderen ziek zijn neem ik een beetje om ze naar het ziekenhuis te sturen. Ik gebruik hetzelfde geld ook om de plantaardige producten te betalen die ik naar Abidjan stuur ...
Cacao verwerkingstaken zijn gepland. Omdat we autonoom willen worden, proberen we twee keer per maand boter te maken. Dat is de prijs die we moeten betalen om morgen onafhankelijk te zijn. Het is de meerwaarde die we aan cacao geven door hem te verwerken die ons zal helpen.
Het werk wordt over een hele week uitgevoerd, daarin werken we niet op het land.
Van maandag tot dinsdag sorteren, roosteren en stampen we.
Op woensdag zijn beide groepen tegelijk aanwezig: dan maken we de potten, de ovens, de kolen klaar ... en we bereiden ons voor. Op donderdag werken we de cacaoboter af, zodat op zaterdag iedereen op het land kan gaan werken.
Afhankelijk van het gewicht dat we kunnen oogsten, produceren we 260 kg per maand, of 300 kg of 400 kg. Want dat is waar hij naar kijkt en waarvoor hij betaalt, het gaat per kilo: 500 FCFA per kilo voor boter en 500 FCFA/kg voor goede bonen.

Behoeften

Voor de verwerking van cacao tot deeg, zouden we een molen nodig hebben om meer deeg te produceren en onze productie naar een ander niveau te tillen.